top of page

Denken en danken

Door alle communicatiemiddelen, die tegenwoordig voor ons sociale leven klaar staan, lijkt het alsof het delen en uitwisselen van gedachten het meest essentiële in het leven is. Natuurlijk is communicatie belangrijk, want veel van onze problemen hebben te maken met onbegrip. Het is echter ook zinvol om je af te vragen of dat wat we uiten ook werkelijk onze beleving vertolkt en of de gedachten, die aan dat wat we uiten ten grondslag liggen, ook werkelijk de verwoordingen zijn van dat, wat we aan levenskwaliteiten ervaren.


Gedachten, dat wat wij denken, zijn niets anders dan verwoordingen en uitingen van dat wat we ervaren, maar vaak houden we juist met dat ervaren op als we eenmaal onze gedachten geformuleerd en geuit hebben, omdat we dan in onze behoefte naar bevestiging en erkenning van die beleving terecht komen.


We letten vanaf dat moment vooral op hoe de ander reageert op de gedachtegangen, die we geuit hebben. Als de ander er voor ons gevoel goed op reageert, geeft ons dat rust en gaan we verder met het uiten ervan om te zien hoe ver de ander meegaat in de erkenning van onze beleving. Als de ander er voor ons gevoel niet goed op reageert, nemen we dat vaak als een persoonlijke afwijzing op, alsof dat zou betekenen dat er iets aan onze beleving niet klopt. We gaan vervolgens proberen onze beleving en de uiting daarvan te onderbouwen of te verdedigen om alsnog de gewenste erkenning te krijgen.


Gedachten zijn slechts verwoordingen van wat je ervaart. Maar dat wat je ervaart verandert steeds en dient ook te mogen veranderen, zodat je je zelf steeds weer opnieuw mag uitdrukken vanuit een volgend en verder ontwikkeld moment van je leven. Als je echter gaat geloven dat dat wat jij op een bepaald moment ervaart, daardoor denkt en eventueel verwoordt, een waarheid is, dan hecht je je aan wat je denkt en vervalt de verbinding met je levende en veranderende ervaringswereld en dus met jezelf.


Hoe meer je gelooft in je wat je denkt, des te meer aandacht geef je aan het verdedigen en onderbouwen van hoe je je beleving geuit hebt. Ik nodig je daarom uit om dat wat je denkt en eventueel uit, te zien als een momentopname van je levende aanwezigheid die je attendeert op dat jij er bent als degene die dat alles ervaart. Daardoor zul je dat wat je denkt, ervaren als een vertolking van de volheid en waarde, die jij aan ervaring en bewustwording van het leven krijgt, om bewust te worden van de diepte in jezelf.


Het is verbazingwekkend hoe sterk mensen in hun eigen gedachtegangen kunnen geloven, terwijl ze ook al zo vaak hebben ervaren dat als je andere gedachtegangen toestaat, alles er anders uitziet en er een geheel andere beleving ontstaat.



Daardoor wordt duidelijk dat gedachten, als je er in gelooft, niets anders dan een kader of een lens zijn, waarmee je de werkelijkheid vanuit een bepaalde hoek belicht. Maar geen enkele hoek zal ooit de waarheid zijn. Gedachten zijn dan geen formulering meer van dat wat we ervaren, maar van de manier waarop we kijken. Kijken is naar buiten gericht zijn vanaf je ogen naar een object en ervaren is een naar binnen voelende verbinding met je dieperliggende belevingswereld, met jezelf en de inhoud daarvan.


Toch geloven we vaak zo in onze gedachtegangen, dat sommigen zelfs hopen dat ze waar worden. Ze beseffen daarbij niet dat als veel mensen dat met al hun inzet doen, de verschillende gedachtegangen elkaar zullen tegenwerken en de oorlog van alles wat iedereen wil op mentaal vlak zal losbarsten, zodat het nog maar even duurt voordat dat ook in de fysieke wereld een werkelijkheid wordt.


In feite gebeurt dat al overal in de wereld. Ook de meest vredelievende gedachte verandert daar niets aan, omdat die door degene die daarin gelooft net zo graag gewild wordt als alle minder vredelievende gedachten. Het zijn immers de tegen elkaar opboksende wilskrachten achter de gedachten waarin men gelooft en waarvan men hoopt dat ze in de feitelijkheid uit zullen komen, die de strijd veroorzaken.


Net zoals het ego als een fragment van jouw totale zijn de waarheid van je spirituele heelheid niet kan veroorzaken, zo kan een met persoonlijke wilskracht gelanceerde gedachte geen wezenlijke verandering in de vervullendheid van jouw leven veroorzaken.



Laten we even stilstaan bij de herkomst van het woord denken. De meest oorspronkelijke betekenis van het woord denken, dat sterk met het woord danken verwant is, is: geluid maken. ‘Geluid maken’ door zacht in jezelf te spreken (denken) of om aan te geven wat je ervaart (spreken) of ‘geluid te maken’ om de erkentelijkheid aan te geven voor dat wat je ervaart en van het leven ontvangen hebt (danken). Gedachten, het zacht, stil in jezelf spreken (denken), worden tot uiting gebracht via geluiden (spreken) om lof te spreken over de ontvangen schepping en je eigen bewuste aanwezigheid daarin (danken).


Voel daarom eens of jouw gedachten nog vertolkingen zijn van jouw beleving, van dat wat je in dankbaarheid hebt ontvangen? Leiden jouw gedachten je van je beleving en jezelf af omdat je zo bezig bent met ze te formuleren of erin erkend te worden, of zijn jouw gedachten geluiden, die vrijelijk voortkomen uit een dankbare verbinding met jezelf en het leven dat je ervaart? Ervaar jij jezelf door bewust te zijn van wat je denkt of zijn jouw gedachten oprechte ‘geluidsreacties’ vanuit de volheid, waarheid en aanraking die je in verbinding met jezelf voelt?


Moet jij denken en gedachten hebben om jezelf te kennen of hoef jij niet alles te formuleren wat er in je leeft en mag je ook regelmatig in stilte ervaren wat je bent en dat je er bent? Hoe minder je hoeft te letten op het formuleren van wat je voelt en beleeft (denkt) des te meer ruimte is er om te zijn met dat wat je beleeft (ontvangen wat je krijgt) en daar vrijelijk geluiden (gedachten) uit te laten voortkomen, hoe die dan ook maar klinken (uitzien).



Als je sterk gelooft in je gedachten en je van daaruit dus ook sterk richt op hoe je je gedachten formuleert, laat je in feite de gevoelsmatige verbinding met je innerlijke zelf los. Het is dan ook niet vreemd dat daardoor een gemis ontstaat aan inhoud, volheid, liefde en geborgenheid. Dit gemis zwengelt dan weer onze wilskracht aan om onze gedachten zo goed mogelijk te formuleren, want we geloven dat als we dat goed doen, de ander ons zal erkennen in wat we zeggen, de ander eventueel onze beleving her- en erkent en dat geeft misschien de bevestiging die we wensen, en in het gelukkigste geval een beetje van de liefde die we missen.


Wie in de formulering van zijn gedachten gelooft en zich daar op richt, gelooft in de mentale kracht van de overtuiging en niet in de ervaringskracht van zichzelf. Een juiste formulering van je gedachten en dat wat je van daaruit eventueel uit naar een ander is immers het gevolg van een vrije en voelende verbinding met degene die bestaat, leeft en ervaart.

Als iemand echt in zijn gedachten gelooft en zich daar sterk voor maakt, zodat ze de wilskracht in hem of haar doen oplaaien, hebben die gedachten direct of indirect altijd te maken met zijn of haar behoeften, belangen en de hoop op verandering.



De basiswens achter deze behoeften, belangen en hoop op verandering en verbetering is het verlangen naar liefde. Liefde als dat waardoor je weer in verbinding bent met jezelf, het moment, de ander en het geheel en daardoor weer zoveel vervulling voelt, dat je er naar verlangt om het leven welkom te heten, en jezelf vrij voelt om te zijn wie je bent en dat tot uitdrukking te brengen.


Natuurlijk is dit verlangen naar liefde iets, dat ongeremd uitgenodigd mag worden om waar te worden voor iedereen en in iedereen. Het is alleen de vraag of het waar worden van dat verlangen ook werkelijk dichterbij komt door te geloven in al die wilsgestuurde gedachten.


Geloof je werkelijk dat het verlangen naar liefde, de basis van alle verlangens, beantwoord zou kunnen gaan worden door maar wilskrachtig genoeg te geloven in gedachten, die eigenlijk alleen maar het gemis aan die liefde verkondigen? Zou een mentale formulering, weliswaar gedreven door de pijnlijke emotie van gemis, iets tot stand kunnen brengen dat te maken heeft met tastbare gevoelswaarde en omhulling?


Pas als je gedachten niet meer aan wilskracht gebonden zijn en niet meer ‘goed voor je doel’ hoeven te worden geformuleerd, kom je in verbinding met jezelf en zullen gedachten, door het waarlijk voelen van je beleving, zich vrijelijk vormen. Dan kom je vanzelf in de stilte van het ervaren terecht en maak je weer contact met de jij die ervaart, de jij die leeft, de jij die er is. In die verbondenheid is het verlangen naar liefde ervaarbaar en haast tastbaar aanwezig.



Mag je, in het zo dicht bij jezelf zijn, in het zo voelend met jezelf zijn, dat verlangen naar liefde in alle rust ervaren? Mag je er mee samenzijn zonder ‘geluid te maken’, zonder in de gedachten erover terecht te komen? En als er al ‘geluiden’ uit je voortkomen, als er al gedachten in je ontstaan, mogen die dan zonder jouw belangstelling voor de formulering of inhoud zijn, mogen het dan gewoon maar wat geluidjes van aanraking zijn, mogen het gewoon maar wat signalen van gevoeligheid zijn?


Dan ben je namelijk niet meer bezig met dat je iets specifieks wilt, maar laat je vanuit je opengegane ziel aan het leven zien waar jij ten diepste naar verlangt om hier op aarde waar te laten worden. Alleen op zulke momenten, waarop de wilskracht even uit je manifestatie verdwenen is, zal het leven in openheid en vrijheid kunnen beantwoorden aan het diep in jezelf, in je ziel, smachtende verlangen naar liefde en de daarbij horende gevoelens van vrede en heelheid.


Je zult merken dat de ‘geluiden’ die je dan maakt, de gedachten die dan uit je voortkomen, het denken dat dan in je actief is, vol is van dankbaarheid, en alleen maar bezig is met op allerlei wijze te danken voor wat het leven je in deze verbondenheid steeds weer aan aanwezigheid, vervulling en liefde geeft.

bottom of page